Onderwerpen in dit artikel:

Herkent u het? Ouders die zich zorgen maken over hun baby omdat deze spuugt of krampjes heeft. Zij willen er alles aan doen om het probleem te verhelpen voor hun baby1 en zoeken een oplossing, liefst een die direct werkt. Maar medicijnen zijn bij deze functionele maagdarmproblemen meestal onnodig en zelfs ongewenst.2 De officiële richtlijnen zeggen: geruststellen en houdings- en voedingsadviezen geven.

Nutrilon A.R.

Regurgitatie

Ongeveer de helft van alle gezonde baby’s spuugt4. Regurgitatie is niets afwijkends en komt veel voor. Dat het zo vaak optreedt bij baby’s, komt onder andere doordat ze relatief veel voeding binnenkrijgen voor hun kleine maag. Daarnaast is de slokdarm nog niet helemaal volgroeid waardoor de afstand tussen maag en mond maar klein is.5 Zo stroomt voedsel gemakkelijk terug van de maag naar slokdarm en mond. Vanaf ongeveer 6 tot 12 maanden is een kind over het spugen heengegroeid.5,6 Tot die tijd helpen voedings- én houdingsadviezen. Ze zijn als eerste behandeloptie opgenomen in de ESPGHAN-richtlijn regurgitatie7 en staan ook in de NVK-richtlijn Gastro-oesofageale reflux(ziekte)8. Daarnaast blijft het belangrijk ouders gerust te stellen.

Wat gebeurt er in de praktijk bij spugen?

Krampjes

In de eerste maanden na de geboorte heeft meer dan 40% procent van de baby’s last van krampjes9-12. Dit komt onder andere doordat de darmen van een zuigeling nog in ontwikkeling zijn.13,14 Daarnaast kan het geven van te veel voeding krampjes veroorzaken en ontstaan krampjes makkelijker als een baby gulzig drinkt, lucht binnenkrijgt en geen boertjes laat.6,15 Meestal verdwijnen de krampjes na een leeftijd van 5 maanden.6 Tot die tijd helpen voedingsadviezen en zijn er veel tips die de krampjes kunnen verlichten.

Wat gebeurt er in de praktijk bij krampjes en moeizame ontlasting?

Aandacht voor de ouders

Omdat ouders zich onzeker kunnen voelen en krampjes en spugen een enorme impact op de kwaliteit van leven kunnen hebben, is aandacht voor de ouders belangrijk16,17. Hoe gaan ze om met de situatie en hoeveel zorgen maken ze zich? Als na zorgvuldige anamnese en onderzoek geen andere diagnose gesteld kan worden, is het van belang ouders gerust te stellen. Dit kan door eenvoudige en duidelijke uitleg dat dit soort maagdarmproblemen vaak voorkomen, maar meestal onschuldig zijn en bij het ouder worden vanzelf verdwijnen.3

Adviezen bij spugen

Naast het geruststellen, zijn voedingsadviezen belangrijk. Borstvoeding is altijd de beste voeding voor een baby, ook als deze spuugt. Bij een baby die spuugt is het goed om te letten op de hoeveelheid voeding die de baby in een korte tijd krijgt. Het kan teveel per keer zijn. Wat ook kan helpen is de baby niet in een horizontale positie te voeden en de baby na een voeding een tijdje in een verticale positie te houden.3,6,7 Bij flesgevoede baby’s heeft een verdikte flesvoeding de voorkeur. Een verdikte voeding komt minder makkelijk omhoog en daardoor vermindert het aantal regurgitaties en de hoeveelheid per keer.18,19

Adviezen bij krampjes

Bij krampjes is het advies te zorgen voor een rustige omgeving tijdens het voeden en voldoende tijd te nemen voor iedere voeding, 20 tot 30 minuten is normaal. Wanneer een moeder borstvoeding geeft, wordt dit bij voorkeur voortgezet. Krijgt de baby voeding via een fles? Adviseer dat de speen altijd gevuld is met voeding en niet met lucht. Een speen met een kleiner gaatje of een zogenaamde dentalspeen helpt om een kind rustiger te laten drinken. Wanneer een baby flesvoeding krijgt zouden specifieke toevoegingen als prebiotica of synbiotica, en bèta-palmitaat kunnen helpen. Ook minder lactose of gehydrolyseerd eiwit kunnen een uitkomst bieden. 20-25

Nutricia heeft voor zowel regurgitatie als krampjes een dieetvoeding. Juist die voeding kan helpen klachten te verminderen.

 

Referenties

  1. Brand E et al (2014) It's normal to be special - results of quantitative research
  2. Gezondheidsraad. Maagzuurremmers voor zuigelingen met reflux(ziekte). Achtergronddocument bij het advies Maat houden met medisch handelen. Den Haag: Gezondheidsraad; publicatienr. 2017/06B.
  3. NVK richtlijn Gastro-oesofageale reflux(ziekte) bij kinderen van 0-18 jaar. 2019. Rosen R et al. ESPGHAN&NASPGHAN J Pediatr Gastroenterol Nutr. 2018; 66(3):516-554. en JGZ richtlijn
  4. Kneepkens C et al. NTvD 2014;69(6)S10-12. Hyman P et al. Pediatr Gastroenterol. 2006;130(5), 1519–1526.
  5. Zeevenhoven J, et al. Pediatr Gastroenterol Hepatol Nutr 2017;20(1):1-13.
  6. Nurko S et al. Am J Gastroenterol. 2022;117(6):995-1009. doi: 10.14309/ajg.0000000000001779.
  7. Rosen R et al. ESPGHAN&NASPGHAN J Pediatr Gastroenterol Nutr. 2018; 66(3):516-554.
  8. NVK richtlijn Gastro-oesofageale reflux(ziekte) bij kinderen van 0-18 jaar. 2019.
  9. Mahon J, et al. BMJ Open. 2017;7(11).
  10. Glanville J, et al. BMJ Open. 2016;6(8):e011475.
  11. Ferreira Maia A, et al. World J Gastroenterol 2016;22:6547 58.
  12. Steutel F, et al. J Pediatr . 2020; 221:107 114.
  13. Glanville J et al. BMJ Open. 2016; 6(8).
  14. Bellaiche, M. Acta Paediatr. 2018;107(7), 1276–1282.
  15. Fishbein M et al. Journal of Pediatric Gastroenterology and Nutrition 71(2):p e77-e78, August 2020. | DOI: 10.1097/MPG.0000000000002774.
  16. Mahon J, et al. BMJ Open. 2017;7(11).
  17. Glanville J, et al. BMJ Open. 2016;6(8):e011475.
  18. Wenzl TG F et al (2003) Effects of thickened geeding on gastroesophageal reflux in infants: a placebo-controlled crossoverstudy using intraluminal impedance Pediatrics 111 (4 Pt 1): e355-9.
  19. Horvath A et al (2008) The effect of thickened-feed interventions on gastro-esophageal reflux in infants: systematic review and meta-analasis of randomized controlled trials Pediatrics Dec;122(6):e1268-77. doi: 10.1542/peds.i
  20. Savino F, et al. Eur J Clin Nutr 2006;60:1304-1310.
  21. Savino F, et al. Acta Paediatrica 2005;94(S449): 120-124.
  22. Veitl V, et al. Journal für Ernährungsmedizin 2000; 2 (4), 14-20.
  23. Savino F, et al. Acta Paediatr Suppl. 2003;91(441):86-90.
  24. Schmelzle H, et al. J Pediatr Gastroenterol Nutr. 2003;36(3):343-351.
  25. Bongers M, et al. Nutr J. 2007;6:8.