Een van de belangrijkste onderdelen van het immuunsysteem is de darmmicrobiota. 70% van de immuuncellen bevindt zich namelijk in de darmen.1,2 Bij de opbouw én het in balans houden van de darmmicrobiota speelt voeding een belangrijke rol. Onder andere vanwege de verschillende en unieke ‘biotica’ die in voeding kunnen zitten.
De eerste 1000 dagen
Een goede opbouw van de darmmicrobiota in de eerste 1000 dagen is belangrijk. Een gebalanceerde darmmicrobiota heeft een gunstige invloed op de ontwikkeling van het immuunsysteem.3,4 Daarnaast is de darmmicrobiota ook van invloed op de gezondheid gedurende de rest van het leven.5-9
Bij sommige kinderen is het evenwicht in de darmmicrobiota al vroeg in het leven verstoord (dysbiose). Deze disbalans kan ontstaan door antibiotica tijdens de zwangerschap of vroeg in het leven10-13, een keizersnede of bij allergieën in de directe familie14. Om de opbouw van een gunstige darmmicrobiota te ondersteunen, is de juiste voeding essentieel.
Pre-, pro- en postbiotica
In het vroege leven ontwikkelen de darmmicrobiota en het immuunsysteem van een zuigeling zich razendsnel. De juiste voeding ondersteunt de opbouw van de darmmicrobiota. Borstvoeding is de gouden standaard. Het bevat onder andere verschillende soorten biotica:
· Prebiotica: onverteerbare koolhydraten/vezels die in de darm voedsel zijn voor de goede darmbacteriën15
· Probiotica: levende goede bacteriën die in de darm voorkomen.15 Ze helpen bij de opbouw van de darmmicrobiota16
· Postbiotica: nuttige stoffen die door micro-organismen worden geproduceerd en een gezondheidsvoordeel leveren15
Ook sommige merken flesvoeding bevatten deze ‘biotica familie’.
Biotica heeft invloed op de darmmicrobiota
Prebiotica zijn vezels die onder andere van nature voorkomen in moedermelk: humane melk oligosacchariden (HMO). Ze vormen een voedingsbodem voor gunstige bacteriën in de darmen en zorgen er onder andere voor dat goede bacteriën er de overhand krijgen. Het gaat dus om het samenspel. Als probiotica de prebiotica verteren, ontstaan er in de darm ook bepaalde stoffen en zuren. Dit noemt men postbiotica, welke gunstig zijn de vertereing en het ondersteunen het immuunsysteem. Oftewel; prebiotica voeden probiotica, en probiotica maken postbiotica. Samen houden ze de darm gezond.17-24
De voordelen van een gezonde darmmicrobiota
Als de darmmicrobiota in balans is, krijgen ziekteverwekkers minder kans. In balans betekent dat er veel goede bacteriën aanwezig zijn en weinig slechte. Maar de darmmicrobiota doet veel meer. Het zorgt voor de productie van vitamines (vitamine K bijvoorbeeld), het speelt een rol in de vertering van voedsel, het is belangrijk voor de werking van de darm (peristaltiek) en het versterkt het darmslijmvlies en vormt daarmee de natuurlijke barrière tegen ziekteverwekkers. Andersom geldt: bij een disbalans is er een grotere kans op infecties25 en op darmproblemen zoals krampjes. Zelfs het risico op astma of een allergie wordt groter bij een onevenwichtige darmmicrobiota.25,26
Zuigelingenvoeding met pre- en postbiotica
Niet alle merken flesvoeding bevatten de biotica familie. Nutricia doet al meer dan 125 jaar onderzoek naar de meest optimale voeding voor zuigelingen. Borstvoeding is uiteraard de grootste inspiratiebron. Nutrilon DuoBalans en Nutrilon Volledige Zuigelingenvoeding bevatten daarom pre- en postbiotica. Die unieke combinatie van biotica draagt bij aan een gezond immuunsysteem en vermindert het risico op infecties.20, 27-31
Belangrijk: Borstvoeding is de beste voeding voor baby’s en een gezonde, gevarieerde voeding van de moeder is belangrijk bij het geven van borstvoeding. Een beslissing om minder of geen borstvoeding te geven kan moeilijk terug te draaien zijn. Het wordt aanbevolen om zuigelingenvoeding te gebruiken op advies van een gezondheidsprofessional, waarbij de sociale en financiële aspecten meegenomen moeten worden. De gebruiksaanwijzing zoals aangegeven op de verpakking moet zorgvuldig worden gevolgd, een onjuiste bereiding kan tot gezondheidsrisico’s leiden. Informatie uitsluitend bedoeld voor (para)medici. Nutrilon Volledige Zuigelingenvoeding is een volledige zuigelingenvoeding op basis van melk, geschikt vanaf de geboorte indien geen borstvoeding gegeven wordt of in combinatie met borstvoeding. Nutricia Nederland, Postbus 445, 2700 AK Zoetermeer
Referenties: 1. West (2015) JACI 135(1)3-13. 2. Vighi (2008) JCEI 153(S1)3–6 3. Wopereis H, et al. Pediatr Allergy Immunol. 2014;25(5):428-38. 4. Walker W. Ann Nutr Metab. 2013;63 suppl 2:8-15. 5. Aitoro R, et al. (2017) Nutrients 9(7). 6. Lee YY, et al. (2017) J Paediatr Child Health 53(12):1152-1158. 7. Gao R, et al. (2018) Obesity (silver Spring) 26(2):351-361. 8. Tang WH, et al. (2017) Circ Res 120(7):1183-1196. 9. Li X, et al. (2017) Front Immunol 8:1882. 10. Prescott (2013) JACI 131(1)23–30. 11. Azad (2016) BJOG, 1(23)983993. 12. Mitre (2018) JAMA P 172(10)987-991. 13. Tamburini (2016) Nat Med 7;22(7)713-22. 14. Kim (2014) AAIR 6(5):389-400. 15. Salminen S, et al. (2021) Nat Rev Gastroenterol Hepatol. 18(9):649-667. 16. Scholtens P, et al. (2012) Annu Rev Food Sci Technol 3(1):425-447. 17. Moro G, et al. (2002) JPGN. 34(3):291–295. 18. Vandenplas Y, et al. (2015) BJN. 113:1339-44. 19. Aguilar-Toalá JE, et al. (2018) TiFS&T. 75:105–14. 20. Thibault H, et al. (2004) JPGN. 39:147–52. 21. Indrio F, et al. (2007) P Res. 6:98–100. 22. Collado MC, et al. (2019) B Microbes. 10(7):711–719. 23. Tsilingiri K, et al (2013) B Microbes. 4(1):101-7. 24. Hunt KM, et al. (2011) PLOS. 6(6):e21313. 25. Van de Wiele T, et al (2016) Nature Rev Rheumatology, 12:398–411. 26. Collado MC, et al (2012) Gut Microbes, 3(4):352-65. 27. Bruzzese E, et al. (2009) Clin Nutr. 28(2):156-61. 28. Arslanoglu S, et al. (2008) J Nutr. 138:1091-5. 29. Chatchatee P, et al. (2014) JPGN. 58(4): 428–437. 30. Reverri EJ, et al. (2018) Nutrients. 10(10):1346. 31. Knol J, et al. (2005) JPGN. 40(1):36-42. 32. Salminen S, et al. (2020) Nutrients. 12:1952.