Gevolgen van ondervoeding
Korte termijn6
Ondervoeding kan ernstige gevolgen hebben voor de gezondheid en het welbevinden van kinderen en jongeren. Directe lichamelijke gevolgen zijn afvallen, lage bloedsuikerspiegel (hypoglykemie), verlies van spiermassa en verhoogde vatbaarheid voor infecties. Het langdurig niet eten van één of meer voedingsmiddelen kan voedingsdeficiënties (bijvoorbeeld ijzer, calcium) veroorzaken. Sommige gevolgen van ondervoeding kunnen levensbedreigend zijn, zoals hartritmestoornissen, hartfalen of hypoglykemie. Psychische klachten bij ondervoeding kunnen zijn: depressiviteit, (sociale) angstklachten, gedragsproblemen, concentratie- en geheugenstoornissen en obsessief denken over eten.
Ondervoeding leidt tot een langzamer herstel en complicaties bij ziekte en operaties. Kinderen met acute ondervoeding verblijven gemiddeld 45% langer in het ziekenhuis dan kinderen met een normale voedingstoestand.
Lange termijn6
Ondervoeding kan leiden tot een vertraagde groei en ontwikkeling. Meestal buigt dan eerst het gewicht en later de lengte af. Bij normalisering van het onvolwaardige voedingspatroon treedt inhaalgroei op. Maar het eerdere groeiniveau wordt niet altijd meer bereikt. Groeiachterstand kan ook leiden tot een achterstand in de cognitieve ontwikkeling. Kinderen met een groeiachterstand hebben vaker een achterstand in de taalontwikkeling en gedragsproblemen. Bij oudere kinderen kan ondervoeding leiden tot het uitblijven van de menstruatie en de seksuele rijping.
Tabel 2: Korte- en langetermijngevolgen van ondervoeding6
Korte termijn
|
Lange termijn
|
- neerwaarts afbuigende gewichtscurve;
- verminderd welbevinden;
- verminderde weerstand, vergrote kans op infecties;
- gedragsproblemen, concentratieproblemen;
- depressiviteit, angstklachten, obsessief denken;
- vermoeidheid, lethargie;
- frequent huilen;
- verminderde vetmassa, verlies van spiermassa;
- langzamer herstel en tot complicaties bij ziekten en operaties;
- oedeem;
- verstoring van stofwisseling, hypoglykemie;
- verstoring van het endocriene systeem, uitblijven van de menstruatie.
|
- neerwaarts afbuigende lengtecurve;
- verminderde botopbouw/botontkalking, verminderde schedelgroei;
- ontwikkelingsachterstand (cognitief, taal, gedrag);
- afname spierkracht (pompkracht hart, ademkracht)
- voedingsdeficiënties;
- uitgestelde of vertraagde puberteit;
- verzuim van school/werk, sociaal isolement;
- verhoogde sterftekans.
|
Aangepast uit: JGZ richtlijn ondergewicht 2019.